Meer afbeeldingen
Nederlandse Christelijke Landarbeidersbond (NCLB)
In de jaren dertig was de Nederlandse Christelijke Landarbeidersbond (NCLB) de grootste bond binnen het Christelijk Nationaal Vakverbond (CNV). De bond telde 668 afdelingen in het jaar 1936. De jaren dertig confronteerde de NCLB met het opkomende nationaalsocialisme. NCLB-bestuurder H. Oudekerk waarschuwde zijn achterban, dat de nationaalsocialistische beweging geen rekening hield met de beginselen van Gods woord. Ondanks deze principiele houding werden relatief veel leden van de NCLB lid van het NAF.
De waardigheid niet verliezen
De Duitse bezetting was voor iedereen een grote schok, ook voor de NCLB. Maar de eerste maatregelen van de bezetter leken geruststellend. Op 10 juli schreef Marinus Ruppert in De Christelijke Landarbeider dat het nieuwe beleid vooralsnog geen belemmering was voor het werk van de bond. Ook schreef hij: ‘Het feit, dat wij leven in bezet gebied, legt ons de plicht op, loyaal samen te werken met de Duitse autoriteiten. Maar dit wil niet zeggen, dat wij daarbij onze waardigheid zouden moeten verliezen.’ Op 16 juli stelde rijks-commissaris Seyss-Inquart een NSB-er aan het hoofd van de socialistische vakcentrale NVV. Het CNV kreeg een Duitse waarnemer (Beobachter). Dit had nog weinig gevolgen voor de NCLB.
‘Vereenigt U’
Wel had de NCLB te kampen met de gelijkgeschakelde landarbeidersbond NLAB. Deze bond wilde vanoudsher alle landarbeiders in één niet-confessionele vakorganisatie samenbrengen. Nu opnieuw. De christelijke en katholieke bonden reageerden woedend op de artikelen die hierover verschenen in het NLAB-orgaan Vereenigt U. Volgens hen probeerde de NLAB met behulp van de bezetter de christelijke vakbeweging aan te pakken.
Niet meer zelfstandig
25 juli 1941 werd de christelijke vakbeweging door de bezetter gelijkgeschakeld. Onmiddellijk na de Duitse overname verstuurde de NCLB, net als de andere CNV-bonden, een brief aan hun ledenraad en afdelingsbesturen. Voorzitter Marinus Ruppert schreef de brief voor de landarbeiders: ‘Onze Nederlandse Christelijke Landarbeidersbond is niet meer zelfstandig. Het hoofdbestuur heeft daarom moeten besluiten, ontheffing te vragen van zijn arbeid. Dit is derhalve de laatste brief, die U thans van ons ontvangt. U zegt dit wel aan de leden. God zal echter op Zijn tijd en op Zijn wijze uitkomst geven.’ De overdracht van de bondsmiddelen en het opstappen van de bestuurders was voor de NCLB-ers een emotionele gebeurtenis.
Na de overname
Na de mislukte overname van de NCLB werd de bond opgeheven en werden de leden door de bezetter aangespoord om lid te worden van het gelijkgeschakelde NLAB. Relatief veel landarbeiders maakten deze overstap, namelijk 24,6% van de meer dan 23.000 leden. Door de ervaringen uit de crisistijd en door lage lonen was onder hen de angst voor werkloosheid en het verlies van een uitkering groot. In mei 1942 werd om de zelfde redenen ook een relatief hoog percentage landarbeiders van het NVV lid van het Nederlands Arbeids Front. De Duitsers richtten het NAF op om alle Nederlandse vakorganisaties te vervangen door één nationaal-socialistsche organisatie.
Met niemand erover praten
Na de opheffing van de bond hield het kader contact. De oud-bestuurders reisden het land af voor illegale bijeenkomsten, onder meer om de leden te bewerken alsnog uit het NVV te stappen.. Een voorbeeld van een uitnodiging voor zo’n bijeenkomst is deze brief van 22 december 1941:
Waarde Vriend,
Dat we elkaar als echte vrienden niet vergeten, is voor U en ons absoluut zeker. En al zijn we ver van elkaar, meermalen toeven we in gedachten bij elkaar. Maar daarmede zijn wij en naar wij vertrouwen ook U niet geheel tevreden. Zoo gaarne zouden we elkaar nog eens ontmoeten. Nu beste vriend, dat kan a.s. Zaterdag 27 september te Bergen op Zoom in het lokaal bij de Gereformeerde Kerk aldaar, ’s namiddags 1 uur Drabbestraat 1 (achterzijde der kerk). U komt met de trein 12 uur 15 aan. Gaat U dan meteen maar naar het lokaal, wij zijn er dan al. We hopen dat ge dien dag graag wilt komen. Misschien zit ge even te peinzen over de kosten, laat U daardoor niet weerhouden, daar wordt wel een oplossing voor gevonden.
Dus a.s. Zaterdag te Bergen op Zoom.
Met niemand erover praten. Als ge op reis nog een bondsvriend ziet niet samen reizen. U begrijpt ons wel. We hopen van harte dat wij U mogen ontmoeten. Tot ziens met hartelijke groeten.
Toenemende repressie
Door toenemende repressie van de bezetter was het moeilijk om bij elkaar te blijven komen. De tweede secretaris van de landarbeiders, Tjeert Pannekoek, werd in het najaar van 1943 gearresteerd, Ruppert en Oudekerk moesten onderduiken. Vervoer was bovendien een groot probleem. Pannekoek was naast zijn illegale activiteiten voor de NCLB ook actief in het Groningse verzet. Na zijn arrestatie werd hij afgevoerd naar concentratiekamp Mauthausen, waar hij in januari 1945 overleed aan dysenterie en longontsteking. Ook NCLB-bestuurder H. Kikkert was actief in het verzet. Ook hij werd door de Duitsers gearresteerd.
Samenwerking
Een jaar na de oprichting van het NAF verbeterden de contacten met het illegale NVV. De NVV-bond NLAB zocht contact met de NCLB en de katholieke boerenbond Sint Desudedit. Een felle discussie over de rol die de NLAB onder de bezetter had gespeeld laaide op. De oud NLAB-bestuurders verklaarden uiteindelijk dat zij veel anders zouden doen, mocht de situatie zich opnieuw voordoen. Hierna was samenwerking mogelijk en kon de NLAB gaan deelnemen aan het overleg over de Stichting voor de Landbouw.
Wederopbouw
Ruppert ging begin 1945 door de linies. In februari 1945 sloot Ruppert zich aan bij de vakbondsmannen die het CNV opnieuw oprichtten. Ruppert werd tijdelijk de voorzitter.van het CNV in bervije zuiden. In mei hamer weer naar Stapelkamp. Rupwert weer vz. Van NCLB. De NCLB hield op 7 juni 1945 zijn eerste vergadering in het bevrijde Nederland. De animo om vakbondslid te worden was groot. De zuivering van de bond verliep soepel, doordat het bestuur voor een verzoenende houding koos. Eind 1945 was de NCLB opnieuw de grootste CNV-bond met 600 afdelingen en meer dan 20.000 leden.
Literatuur
• J. de Bruijn en P.E. Werkman, Van tuindersknecht tot onderkoning. Biografie van Marinus Ruppert. Deel 1: de jaren 1911-1947 (Hilversum 2001)
• A. Bornebroek, De strijd voor harmonie. De geschiedenis van de Industrie- en Voedingsbond CNV 1896-1996 (Amsterdam 1996)
• P.E. Werkman, ‘Laat uw doel hervorming zijn’ Facetten van de geschiedenis van het Christelijk Nationaal Vakverbond in Nederland 1909-1959) (Hilversum 2007)